Nederlands English Home Contact Disclaimer Sitemap Nieuw/New

HEILIGENKALENDER

VEERTIG MARTELAREN (CA 318)

10 mrt

Keizer Constantijn had dan wel het christedom erkend, maar in de buitengewesten van zijn Rijk was dit nog lang niet overal geaccepteerd. Met de strenge winter van 318 gaf de commandant van het garnizoen te Sebaste in Armenië dat zijn manschappen het dienstbevel offers te brengen aan de Goden. 40 Soldaten weigerden, zij waren christen en hoefden dat dus niet te doen. Dit was tegen het zere been van de commandant en voor straf werden de veertig naakt het ijs opgejaagd. Ze konden kiezen, doodvriezen of offers brengen. En om de keuze wat gemakkelijker te maken werd aan de oever van bevroren meer een vuur aangemaakt en een warm bad klaar gezet. Wachten werden opgesteld om de overlopers op te vangen. Op het ijs baden de veertig tot God met als enigste gunst dat zij gezamenlijk strek genoeg zouden zijn om bij elkaar te blijven.
Enkele uren later verstomde het geluid en bij het vallen van de avond scheurde de hemel open en daalde een in een felle gloed veertig geesten met kronen neer. Een van de veertig koos alsnog eieren voor zijn geld en kroop over de oever naar het vuur en het bad. Maar de schildwacht die het geheel had aangezien, begon in te zien dat God toch wat anders was dan een paar stenen beelden. Hij ontkleedde zich en voegde zich bij de overgebleven 39 martelaren op het ijs om hun lot en glorie te delen.
De volgende ochtend werden de lijken verbrand, maar veel manschappen kwamen toch tot inkeer en verzamelden het as. Vooral in oosterse kerken wordt nog steeds wat van die as als relieken bewaard.
 Het valt helaas niet te achterhalen of hier van legendevorming sprake is, het kan ook zijn dat de garnizoenscommandant slechts een disciplinaire maatregel genomen heeft om dwarsliggers te grazen te nemen.