Nederlands English Home Contact Disclaimer Sitemap Nieuw/New

WOLKENATLAS

WOLKENGESLACHTEN

In de onderstaande tabellen worden de wolkengeslachten met hun symbolen gegeven. De symbolen worden gebruikt op weerkaarten. Wolken worden in de families lage, middelbare, hoge wolken en wolken met verticale ontwikkeling ingedeeld. De atlas is op gelijke wijze ingericht. De naam met jaartal cursief heeft betrekking op de persoon welke het geslacht het eerst heeft beschreven.

TABEL WOLKENGESLACHTEN

symbool code omschrijving  
Ci

Cirrus Howard 1803: Afzonderlijke wolken, in de vorm van witte, fijne draden of van witte (of overwegend witte) kleinere plukken of smalle banden. De wolken hebben een vezelachtig (of haarachtig) uiterlijk of een zijdeachtige glans of beide.
Hoge wolken - definities: 1, 2, 3, 4, 5, 6

Cc

Cirrocumulus Howard 1803: Dunne witte plukjes, banken of laag van wolken zonder schaduwing, bestaande uit zeer kleine elementen in de vorm van korrels, ribbels, enz, al of niet gescheiden en min of meer regelmatig gerangschikt; de meeste elementen hebben een schijnbare afmeting van minder dan één graad.
Hoge wolken - definities: 9

Cs

Cirrostratus Howard 1803: Doorzichtige of doorschijnende, witachtige wolkensluier met vezelachtig (haarachtig) of effen uiterlijk, die de hemel geheel of gedeeltelijk bedekt en waarin veelal haloverschijnselen zichtbaar zijn.
Hoge wolken - definities: 7, 8

Ac

Altocumulus Renou 1870: Witte of grijze wolkenband of wolkenlaag, in het algemeen met schaduwing, bestaande uit stroken, min of meer afgeplatte ballen, rollen enz, die soms voor een deel een vezelachtig uiterlijk hebben of geen structuur vertonen en die al of niet gescheiden zijn: de meeste regelmatig gerangschikte kleine elementen hebben gewoonlijk een schijnbare afmeting tussen één en vijf graden.
Middelbare wolken - definities: 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9

As

Altostratus Renou 1877: Wolkenveld of wolkenlaag met een grauwe of blauwachtige tint en streperig, vezelachtig of effen uiterlijk, geheel of gedeeltelijk de hemel bedekkend, waarvan sommige gedeelten dun genoeg zijn om de zon er vaag, als door een matglas, door te kunnen zien. In altostratus komen geen haloverschijnselen voor.
Middelbare wolken - definities: 1, 2

Ns

Nimbostratus CEN 1930: Grijs, dikwijls donker wolkendek met een onscherp uiterlijk, waaruit vrijwel onophoudelijk regen of sneeuw valt die in de meeste gevallen de grond bereikt. Het wolkendek is overal dik genoeg om de zon aan het oog te onttrekken. Onder de eigenlijke Nimbostratus komen vaak lage wolkenflarden voor; deze kunnen met het Nimbostratusdek versmelten.
Middelbare wolken - definities: 2

Nimbostratus werd tussen 1910 en 1930 Nimbus genoemd.

Sc

Stratocumulus Kaemiz 1841: Grijze of witachtige wolkenbank of wolkenlaag, waarin bijna altijd donkere gedeelten voorkomen; de bank of laag lijkt op een tegelvloer of is samengesteld uit ballen, rollen enz., die niet vezelachtig zijn (afgezien van virga) en die met elkaar versmolten kunnen zijn. De meeste regelmatig gerangschikte, kleine elementen hebben een schijnbare afmeting van meer van vijf graden.
Lage wolken - definities: 4, 5

St

Stratus Howard 1803: Een over het algemeen grijze wolkenlaag met een tamelijk egale onderzijde waaruit motregen, sneeuw of motsneeuw kan vallen. Als de zon door de wolken heen te zien is, is zijn omtrek duidelijk zichtbaar. In Stratus ontstaan geen haloverschijnselen, behalve soms bij zeer lage temperaturen. Stratus kan ook in de vorm van flarden voorkomen.
Lage wolken - definities: 6, 7

Cu

Cumulus Howard 1803: Afzonderlijke, over het algemeen dichte wolken met scherpe omtrekken, die zich in verticale richting ontwikkelen in de vorm van kopjes, koepels of torens waarvan het bovenste opbollende gedeelte dikwijls op een bloemkool lijkt. De door de zon beschenen delen van deze wolken zijn meestal verblindend wit; hun onderzijde is betrekkelijk donker en vrijwel horizontaal. Soms ziet Cumulus er gerafeld uit.
Wolken met verticale ontwikkeling - definities: 1, 2, 8

Cb

Cumulonimbus Weilbach 1880: Zware en dichte wolk van aanzienlijke verticale afmeting, in de vorm van een berg of van een groep hoog oprijzende torens. Zijn bovenzijde is gewoonlijk, althans ten dele, effen of vezelachtig of streperig, en bijna altijd afgeplat; dit gedeelte spreidt zich vaak uit in de vorm van een aambeeld of omvangrijke pluim. Onder de basis van deze wolk, die dikwijls zeer donker is, bevinden zich veelal lage wolkenflarden, die er al of niet mede zijn versmolten, er zijn soms valstrepen (virga) te zien.
Wolken met verticale ontwikkeling - definities: 3, 9.

       

GESLACHTSVERANDERINGEN EN MOEDERWOLKEN

Wolken kunnen in de vrije atmosfeer ontstaan, maar ook transformeren vanuit een andere bestaande wolk. Voor deze transformaties bestaan twee mogelijkheden:

  • Een deel van een wolk breidt zich uit en kan tot een ander genus behoren dan de wolk waaruit de uitbreiding ontstaan is. Bij dergelijke geslachtsverandering krijgt het de naam van het nieuwe geslacht met de toevoeging van de naam waaruit deze ontstaan eindigend op "genitus". Bijvoorbeeld Stratocumulus cumulogenitus.
  • De gehele wolk ondergaat een interne verandering. Bijvoorbeeld een Stratocumulus veld wordt opgetild naar een grotere hoogte en verandert daarbij in Altocumulus. Bij dergelijke geslachtsverandering krijgt het de naam van het nieuwe geslacht met de toevoeging van de naam waaruit deze ontstaan eindigend op "mutatus". Bijvoorbeeld Altocumulus stratocumulomutatus.